|
Circuspaard
Bij dit circuspaard
komt mijn steeds terugkerende thema wel heel sterk tot uitdrukking. Zo sterk
zelfs dat ik hier zou spreken van een nieuw stadium. Net als bij het 'Meisje en
de dans', 'Meisje in de wind' en 'Mannetje hoera' is hier sprake van een
gerichtheid naar boven terwijl de basis van het beeld heel zwaar is. In dit
geval zijn de voeten echter niet alleen verzwaard, maar zijn het vreemde,
andersoortige voeten die helemaal los van het paard gezien kunnen worden. Hier
is de gedachte veeleer dat de speelsheid van de geest de vrijheid kan hebben
wanneer zij gedragen wordt door een stevige basis.
De berijdster van het paard bevindt zich, net als de figuren in andere beelden,
in hogere sferen. Zo hoog dat het paard geen realistisch, echt paard kan zijn,
maar een circuspaard moet zijn. Anders gezegd: op basis van de realiteit van de
vier benen van vader en moeder, kan het kind zich permitteren in een
fantasiewereld te leven.
Misschien werd ik mij er met
dit beeld pas werkelijk van bewust dat ik met de vorige beelden met een
inhaalmanoeuvre bezig was en dat ik nu meer realiteitszin toelaat.
|